Halfdoorschijnende prent waarvan de voorstelling is voorzien van kleine gaatjes: ronde die de contouren volgen en stervormige die - bijvoorbeeld - een patroon van vuurwerk vormen. De prent wordt in een lijst geklemd en overeind gezet in een houder of laag kistje, waar de prenten tevens in opgeborgen kunnen worden. De prenten in dit zogeheten chassinet kunnen dus verwisseld worden. Terwijl de toeschouwers - veelal in een verduisterde ruimte - het tafereel aanschouwen, wordt door de vertoner een brandende kaars of kleine olielamp achter het chassinet gebracht. Het licht schijnt fel door de gaatjes heen. Het lijkt of het beeld plotseling gaat leven; afhankelijk van de voorstelling gaan kroonlichters of lantaarns branden, spat een schitterend vuurwerk in de lucht uiteen of komen gebouwen door brand in lichterlaaie te staan. Het vertonen van illuminatieprenten zorgde in de tijd van onze betovergrootouders voor aangename uren op de lange winteravond.
Zie ook Chinese schimmen, Chinees vuurwerktheater, Kruimelkrant nr. 18 en
Pamflet nr. 38e.