Een buiging maken, hoofd en bovenlichaam buigen of neigen als uiting van eerbied en/of dankbaarheid
en/of als een beleefde groet naar het publiek. Bij het buigen na een theatervoorstelling is
één acteur de baas: de bukmeester. Het laatste woord is gezegd, de
lichten doven, het doek valt - en dan vervult
een van de acteurs of poppenspelers van een
theatergezelschap de functie van bukmeester. Hij of zij bepaalt hoe vaak er
wordt gebogen, wanneer het licht aan- en uitgaat en hoe vaak het doek weer wordt gehaald. Na hun optreden en buiging krijgen de
opvoerenden als beloning een passend applaus, soms een tuiltje bloemen, centjes in het
mansbakje of een honorarium voor de geleverde prestatie.
Zie ook Open doekje.