Volkspoppentheatertraditie uit Keulen, waarbij met stokpoppen
wordt gewerkt. Hänneschen is de hoofdpersoon. De
poppenspeler houdt een lange stok in de hand die in het lijf tussen de benen van de pop
is bevestigd. De stok blijft rusten op de grond, de benen bungelen aan weerszijden van de stok. Met een staaf aan de
rechterpols van de pop kan de poppenspeler de pop laten gebaren. Tot de vaste personages horen behalve Hänneschen:
Bärbelchen, Besteva,
Bestemo/Mariezebell en het Lumpengesellschaft.
Zie ook Doepak nrs. 34a en 48a.
|
Illustratie uit: Poppenspe(e)lkwartet.
Auteurs: Hetty Paërl, Otto van der Mieden.
Impressum: Oostelijk Kunstbedrijf, Vorchten (1991).
Stamboeknummer: 72.787. |